‘Ik weet niet beter dan dat de A44 er ligt. Het geluid van voorbijrijdende auto’s is voor mij net als een tikkende klok: alleen als ik erop let hoor ik het. Sterker nog, het valt eerder op als er géén verkeer over de A44 rijdt, bijvoorbeeld bij werkzaamheden. We zijn hier met de aanvliegroute van de Kaagbaan van Schiphol sowieso wel wat gewend qua geluid. Ik zeg weleens gekscherend: we hebben vóór een weg, áchter een snelweg en een spoorlijn en bóven de vliegtuigen. Er ontbreekt alleen nog een metro.’
Eerste ‘McDrive’ van Nederland
‘Mijn vader groeide op in een boerderij hier verderop, ook langs de A44. Zijn zus, ofwel mijn tante, noemde de A44 altijd de oorlogsweg, omdat deze vlak voor de Tweede Wereldoorlog klaar was. In die eerste jaren reed er ook al aardig wat verkeer voorbij. En die passanten ontdekten gaandeweg dat er bij hun boerderij allerlei producten te koop waren, zoals aardappels. Mijn tante had een echte handelsgeest en dat deed de verkoop goed. Ik zeg altijd: m’n tante had de eerste McDrive van Nederland!’
.jpg)
EHBO-post
‘Later, toen mijn ouders in dit huis gingen wonen, heeft die tante nog een tijdje bij ons gewoond. In de beginjaren hadden we hier een EHBO-post, om hulp te verlenen bij ongelukken op de snelweg. Ik herinner me het bord van het Rode Kruis nog in de tuin. Op een gegeven moment werd het drukker qua verkeer en liep er teveel narigheid langs de weg. Op aanraden van de rijkspolitie en de ANWB zijn mijn vader en tante toen met die hulpverlening gestopt.’
Zwaaien naar Bush
‘Eind jaren tachtig bezocht de oude president George Bush Leiden. Dat hele gevolg moest na het bezoek weer terug naar Schiphol, over de A44. Nou, dat wilde ik wel van dichtbij zien! Alleen stond er overal politie. Gelukkig had ik in die tijd een paard. Daarmee slaagde ik er tóch in het weiland naast de A44 in te lopen. De politie die over de A44 kwam aangereden zag me staan en maande mij met een megafoon weg te gaan. Daarna kwam er zelfs een helikopter boven me hangen die diezelfde boodschap in zo’n beetje alle talen herhaalde. Ondertussen bleef ik maar doen of mijn neus bloedde.’
‘Niet veel later kwam de escorte voorbij met de auto waar Bush in zat. En toen was daar het moment: ik zwaaide naar de auto en… er zwaaide iemand terug! Ik weet niet zeker of hij het zelf was of zijn vrouw Barbara. Maar hij moet in ieder geval gedacht hebben: wie is die idioot op dat witte paard?’
Tienduizend keer naar het werk
‘Als jongetje was ik al gek van vogels, thuis had ik een volière. Bij Avifauna in Alphen aan den Rijn verkochten ze destijds vogels. Zo kwam ik daar voor het eerst. Ik was zo enthousiast, hier zou ik wel willen werken. En dát doe ik inmiddels bijna 50 jaar. Even tellen: dus alleen al naar Avifauna ben ik zo’n tienduizend keer de A44 op- en afgereden. En dan heb ik het nog niet over al die andere ritten, bijvoorbeeld naar Sassenheim om boodschappen te doen.’
‘De onderdoorgang bij het Hoofdvaartviaduct gaat straks een tijdje dicht voor de aanleg van het nieuwe viaduct. Dan zal ik voor de winkels een stukje moeten omrijden. Of ik ga naar Lisse of Nieuw-Vennep. Ik ben dan in ieder geval met pensioen, heb dus alle tijd om het project te volgen. Want die nieuwsgierigheid zoals toen bij Bush, die zit er nog steeds in!’